“Hoe oud is je dochter?”
De oppas van een vriendinnetje van Sietse staat voor de deur en ik heb haar net verteld dat Sietse een zus heeft.
“Ze wordt bijna 11”, antwoord ik.
“Oh, dan heb je het nog net makkelijk, de moeilijkste tijd komt eraan”, zegt de oppas.
In mezelf moet ik lachen, maar ik hou wijselijk mijn mond. Ik knik maar wat.
‘s Avonds vertel ik het voorval aan Mark.
“Grappig eigenlijk, dat iemand er blind vanuit gaat dat elke (kinder)ontwikkeling hetzelfde verloopt”, zeg ik.
Deze keer knikt Mark. Wij dénken hetzelfde.
Voor ons waren de eerste jaren van Sterres leven verreweg het zwaarst. Voor haar ook, trouwens. Haar traumatische geboorte, hartverscheurende frustraties omdat ze alles wilde maar lichamelijk nog niets kon, de negatieve voorspellingen van artsen en ga zo maar door.
Pas sinds groep 4, of eigenlijk sinds Rens ruim drie jaar geleden op ons pad kwam, zit Sterre steeds beter in haar vel. En wij ook. Het gaat nu ontzettend goed met ons. En ook over de toekomst hebben wij een heerlijk gevoel.
Dokter Eduard van den Bogaert, de Belgische stamboomhealer die wij een aantal keer raadpleegden, noemt het: je envie.
Thijs Lindhout, de podcaster van wie ik een online training volg, noemt het: waar je van in de fik gaat staan.
En Michael Pilarczyk, de spreker naar wie mijn broer laatst luisterde, noemt het: waar je een kwispelstaartje van krijgt.