Voor publiek

Voor publiek

Spreken is bijna het tegenovergestelde van schrijven. Als je spreekt, krijg je meteen een reactie terug van ‘het publiek’. Of dat nu verbaal is of door de houding of mimiek van je luisteraars, je ziet hoe jouw woorden aankomen. Terwijl je als je schrijft pas ná publicatie reacties krijgt. Het laatste vond ik lange tijd wel zo veilig…

Ik heb een haat-liefdeverhouding met spreken in het openbaar. Ooit begon ik ermee omdat een lezeres van Gefeliciteerd, het is een… gehandicapt kindje erom vroeg. Zij was juf op een Limburgse mytylschool, las mijn eerste boek over Sterre, was enorm geraakt en vond dat al haar collega’s mijn verhaal moesten horen. “Maar ik kan ze niet dwingen om jouw boek te lezen. Kun jij een lezing komen geven op onze studiedag?” vroeg zij.

Die eerste keer in het voor mij verre Limburg stikte ik van de zenuwen. Mijn verhaal en visie vertellen aan een klas vol leerkrachten en therapeuten uit het speciaal onderwijs; waar was ik aan begonnen? Maar de reacties na afloop gaven me vleugels. Een juf zei: “Ik werk al 25 jaar op deze school en ik heb nog nooit zo’n indrukwekkende en inspirerende lezing bijgewoond.” Toen was het hek van de dam. Ik besefte dat ik vaker ‘moest’ gaan spreken.

Gisteren ‘mocht’ ik weer. Op Sterres school, deze keer voor het eerst voor ouders. Over het thema: “Wat als je kind naar het speciaal onderwijs moet? Wat komt er op je af en hoe ga je daarmee om?” Helemaal relaxed ging ik er van tevoren nog niet in en dat zal misschien ook nooit zo worden. Maar het gevoel toen het voorbij was en ik zag dat er veel was losgemaakt: zo fijn…

Ook het sprekend delen van ons verhaal geeft herkenning, erkenning en dus troost. En hoewel ik diep vanbinnen een schrijver blijf, geldt voor mij nu toch soms een zelfbedacht nieuw gezegde: schrijven is zilver, spreken is goud.

Delen:

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.