Niet alles was vroeger beter.
Zo sprak ik gisteren één van Sterres klassenassistenten, die bijna met pensioen gaat. Deze mevrouw werkt maar liefst 49 jaar in het speciaal onderwijs.
“Toen ik net begon, had ik een jongen in de klas die vergelijkbaar was met Sterre”, vertelde zij. “De band die zijn moeder met hem had, doet me heel erg denken aan de connectie die jij met Sterre hebt. Woorden waren ook tussen hen niet nodig om elkaar te begrijpen.”
Mark, die bij het gesprek was, vroeg of de bewuste jongen ook intelligent was (geweest, want hij is inmiddels overleden).
“Zeker”, zei Sterres klassenassistente. “Alleen had hij destijds niet de beschikking over een spraakcomputer, die Sterre wel heeft. Op het gebied van onderwijs kon hij daardoor niet zoveel laten zien.”
Technologie: soms lijken de ontwikkelingen elkaar zo snel op te volgen, dat ik het als atechnische vrouw nauwelijks kan bijbenen. Vast niet alle ‘vooruitgang’ zal ook goed zijn voor iedereen.
Maar een spraakcomputer die volledig met de ogen kan worden bediend, zoals Sterre nu heeft – ze mocht haar ‘oude’ exemplaar onlangs inruilen voor een gloednieuw apparaat, waarmee ze nóg meer kan. Lees: ze kan nu zelfs met haar ogen antwoorden naar de juiste plek slépen, waardoor ze meer schoolopdrachten volledig zelf kan uitvoeren. Lees 2: deze computer is voor ons onmisbaar…
Wat dit betreft prijs ik mezelf gelukkig dat mijn nog niet sprekende, maar intelligente dochter juist in déze tijd werd geboren.
Mooie column. Jullie mogen trots op Sterre zijn. (en op Sietse, natuurlijk)
Auteur
Dankjewel, Trix!